Ga naar de inhoud
Home » Blog » Grote en onopgeefbare thema’s in het werk van Drewermann

Grote en onopgeefbare thema’s in het werk van Drewermann

Bert van der Woude

Studiedag oktober 2021

De studiedag van 9 oktober stond in het teken van de voortgang van de studiekring. Er werd in een levendige discussie met de aanwezige leden geëvalueerd, overlegd en nieuwe plannen aangezwengeld. In de middagsessie hield de voorzitter Bert van der Woude een zeer persoonlijk verhaal over de in zijn ogen belangrijkste thema’s in het werk van Drewermann. 

1. Bijbeluitleg
Geloof en wetenschap
God en moraal
Geld
Oorlog en vrede
Waslijst
5 grote en onopgeefbare thema’s
in het werk van Drewermann

Bijbeluitleg

Afgelopen maandag waren we in Groningen met een groepje mensen bij elkaar rond het Marcuscommentaar en ik vroeg: welk gedeelte willen jullie lezen? Een van de favoriete hoofdstukken was: Wie is Jezus van Nazareth? En toen stuitten we op deze zin (deel 1, blz. 518/519): “Wij kunnen alleen maar zeggen dat hij een mens was die vanuit een centrale ervaring en werkelijkheid leefde en daardoor werd gedragen. Wij noemen die werkelijkheid “God” en wij bedoelen daarmee een absolute en alleen zichzelf uitleggende, almachtige en goede wil achter alles wat er bestaat. Zonder die werkelijkheid zouden we zijn als bladeren in de wind, kaf in de storm, sneeuwvlokken in de nacht, schuim op de rivier. Maar mét deze werkelijkheid en door haar gedragen zijn wij facetten en spiegels van oneindig licht, droomgestalten van onuitputtelijke scheppersmacht, melodieën van een onvoltooide symfonie, tonen van een nooit eindigend lied dat door ons heengaat en in eeuwigheid klinkt.”
De aanwezigen reageerden met: wat een dichter is die man! Wat een prachtige taal! Iets om uit je hoofd te leren en voor jezelf te herhalen als je niet zo’n beste dag hebt. Vervolgens zijn wij twee uur bezig geweest om deze zin verstaanbaar te maken, want dat het mooi klinkt is één ding, maar wat bedoel je eigenlijk als je het over God hebt als een werkelijkheid?

Wie het werk van Drewermann een beetje kent, weet dat hij God dikwijls beschrijft als een soort achtergrond. Niet als iemand die ingrijpt, niet als iemand die tegen de wetten van de natuur ingaat, maar als een soort tegenbeeld, een werkelijkheid van vertrouwen, zodat mensen niet het gevoel hebben dat ze in een totaal zinloze en toevallige wereld zijn beland. Objectief gezien is dat namelijk het geval. Dat was voor mijzelf één van de dingen die mij pijnlijk duidelijk werd toen ik op een dag plotseling realiseerde dat een god die de wereld geschapen heeft niet bestaat en als je dat consequent doortrekt er ook geen god zal zijn die wederkeert en deze wereld in orde zal maken. Tenminste niet letterlijk, niet tegen de natuurwetten in. Niet als iemand die in sommige kringen gezien wordt als een intelligente ontwerper. Ik vond dat toen een onthutsende ontdekking. Terwijl ik toch al vijftien jaar Drewermann las!
Ik was daar erg verdrietig over, maar een dag later was ik er blij mee. Er viel een last van mij af. Dat ik dat soort dingen niet meer hoefde te denken of te vinden. De enige opgave was nu: hoe breng ik dat over als ik met mensen omga, als ik voor ze bid, als ik diensten leid. Hoe geef ik dat een vertolking die mensen wel geborgenheid kan bieden, maar op een geheel andere wijze. Dat vind ik nog steeds een uitdaging. Ik bid toch wekelijks wel met een paar mensen. 

Drewermann heeft ooit gezegd: als je wilt weten hoe iemands theologie is, dan moet je kijken hoe iemand bidt, voor zichzelf of voor een ander. Ik vind het nog steeds mooi om te doen. Er staan in het werk van Drewermann ook enkele mooie gebeden. Onder andere een kindergebed, dat, goed uitgelegd, toch iets anders betekent dan de letterlijke tekst suggereert. Dat maakt Drewermann soms moeilijk. Aan de ene kant belooft zijn werk en alles wat zijn persoon uitstraalt een grote geborgenheid. Het boekje van Mar over hem heeft die titel: In God geborgen. Dat geeft precies weer wat de essentie is. Aan de andere kant: hoe dan? Als er niet Iemand is die alles regelt, alles voorziet, alles voorkomt wat jou zou kunnen plagen. Dat vind ik nog steeds een heel ingrijpende ontdekking, dat je uiteindelijk voor je eigen gevoel er niet minder, maar méér gelovig van wordt, op een wijze die veel vanzelfsprekendheden heeft losgelaten.

Ik heb al eens beschreven hoe ik met het werk van Drewermann in aanraking kwam. Het was een mooie ervaring in boekhandel Ten Have in Amsterdam. Ik studeerde toen bij Karel Deurloo en Theo Witvliet, bekend van de Amsterdamse School. Ik stelde hun een vraag over het verhaal van Elia bij de weduwe van Sarfath: het kruikje met olie en de pot met meel raakten niet leeg, dat is toch een sprookje? 
Dat mocht ik niet zeggen. Er staan geen sprookjes in de bijbel. Er was bij hen geen ruimte om daarover te spreken en bij mijn begeleiders in Kampen ook niet. Spreken over sprookjes in de bijbel was vloeken in de kerk.

Tiefenpsychologie und Exegese

Toentertijd ging het over het relationeel waarheidsbegrip in “De aard van het Schriftgezag”, dat was toen net uit. Dat werd door velen ontvangen met: “als je termen gaat gebruiken als relationeel (direct uitgelegd als ‘relatief’) dan kunnen we de bijbel wel weggooien en doen wat we leuk vinden!”. Vooral dat laatste vond ik onthutsend. Alsof het de bedoeling is van theologie om alles tegen te houden wat je leuk en aardig vindt.
De sprookjes die ik tegenkwam in het Oude Testament, hoe kun je die uitleggen? Het kan toch nooit zo gebeurd zijn en wat is de zin ervan? Daar was ik mee bezig. En in die dagen kwam ik de boekhandel binnen en zag daar het boek liggen Tiefenpsychologie und Exegese. Met de kleurige afbeelding van Jeroen Bosch op de cover. Ik pakte het op en las ‘Märchen, Legenden, Mythos. Een theoloog die schreef over sprookjes, daar moest ik meer van weten! Ik ben Drewermann gaan lezen en ben daar tot op vandaag niet mee opgehouden.
Tiefenpsychologie und Exegese – ook voor een deel in het Nederlands vertaald – is nog steeds zeer lezenswaardig. Twee banden waarin Drewermann zijn exegetische methode neerlegt en laat zien dat de taal van de bijbel door en door dichterlijk is. Juist het poëtische ervan doet mensen goed. Geen ijzeren waarheden in rotsen gegrift, maar poëzie.

In diezelfde tijd schreef Kuitert over verbeelding en ook Okke Jager zei: een mens moet zich meer verbeelden. Zonder verbeeldingskracht vaart niemand wel en zeker in exegeseland niet. Als je de dimensie van poëzie en verbeelding niet ziet, dan mis je iets wezenlijks. Ik heb na een preek vaak commentaar moeten aanhoren in de trant van: dominee, waar blijven we dan? Wat moeten we dan met de opstanding? Uiteindelijk gooit u alles weg! Ik werd aangegeven bij de classis vanwege dit soort gedachten. Dat gebeurt nu gelukkig niet meer.

Pinchas Lapide zei eens: Je kunt de bijbel op twee manieren benaderen: óf je neemt de bijbel letterlijk, óf je neemt de bijbel serieus. Dat klinkt provocerend, maar het is een beetje mijn motto geworden. Ik wil de bijbel graag serieus nemen. De bijbel symbolisch lezen is niet, zoals je veel hoort, op een compromisachtige manier dan maar vervallen tot vaagheid – letterlijk lukt niet meer, dus nu, als een slappe afgeleide, dan maar symbolisch. Zo ben je in de ogen van velen geen echte gelovige meer. Maar het wordt tijd alom te accepteren dat de symbolische wijze van lezen de enige manier is om te bijbel serieus te nemen. Anders komen er brokken. 

In al zijn geschriften leidt Drewermann ons onvermoeibaar van de buitenkant naar de binnenkant, van het uiterlijke naar het wezenlijke. Jezus brengt God ter sprake als een dichter. En daarbij is hij een therapeut. Dat wil zeggen: hij brengt mensen in een therapeutische ruimte. Dat veronderstelt niet dat mensen per definitie ziek zijn, maar in die ruimte wordt er naar je geluisterd zonder oordeel of vooroordeel. Daar mogen mensen vertellen wat ze op hun hart hebben, daar is geen censuur. Daar kan God een achtergrond van zijn.
Die symbolische manier van uitleg is een van de grote en onopgeefbare thema’s in het werk van Drewermann. Dat kunnen wij doorgeven door zijn werk te vertalen en uit te leggen.

Een mooie uitspraak van Drewermann is: Als er dan toch nog een kerk mag bestaan, dan is die niet een huis van bewaring maar een huis van barmhartigheid.
U kent allemaal de opmerking: Jezus kwam om het Rijk van God te prediken en wat kwam was de kerk. Dat is niet positief bedoeld. Toch, als we het boek Keerpunten lezen – ook prachtig vertaald – dan is daar alle ruimte om een huis van barmhartigheid te zijn. En, hoe moeilijk het ook is, stelt het mij in staat om nog steeds predikant te zijn vanuit dat perspectief. 
“Huis van bewaring” heeft natuurlijk de associatie met de gevangenis. Wel, veel mensen voelen zich ook gevangen. En als je hoort van mensen ouder dan zeventig, die zeggen: na het lezen van Drewermann heb ik het gevoel dat ik eindelijk leef, dan denk ik: er is veel werk aan de winkel. We moeten deze manier van lezen aan mensen overhandigen. Zoveel mensen zijn nog behept met wat ze van de traditie hebben meegekregen. Daar zijn ook mooie dingen bij, je moeten niet spugen in de bron waaruit je gedronken hebt. Maar ik denk dat deze tijd uitermate geschikt is om een luisterend oor te vinden. Ook al vereist het nogal wat. 
Toen ik ooit begon aan mijn boekjes Bijbelse verhalen als spiegel van de ziel was de grootste opgave: hoe vertolk je dit voor mensen die geen theologische opleiding hebben gehad? Hoe kun je de essentie van de symbolische uitleg met elkaar delen? Ik sprak Drewermann daarover. Hij bekeek de boekjes en riep: Het is een soort Drewermann für Jedermann! En dat is precies wat wij nog steeds moeten beogen, dat we deze waardevolle inzichten zo vertolken, dat mensen die nog iets met de bijbel hebben het begrijpen en dat ze het bevrijdende en genezende ervan kunnen beleven. Ik hoor gelukkig veel getuigenissen van mensen die zo’n ervaring hebben gehad. Het is dus de moeite waard om te blijven vertalen en uit te leggen.

Geloof en wetenschap

Bijbeluitleg
2. Geloof en wetenschap
God en moraal
Geld
Oorlog en vrede
Waslijst
5 grote en onopgeefbare thema’s
in het werk van Drewermann

Het volgende thema, voor mij net zo belangrijk, betreft de dogmatiek. Drewermann heeft zijn licht opgestoken bij de moderne wetenschap. Zijn vraag daarbij was: hoe kunnen mensen die zo weinig weten over wie ze zijn, hoe ze leven en voelen en denken, waar ze vandaan komen, hoe kunnen ze toch beweren dat ze alles over God weten? Moet je je niet eerst veel meer verdiepen in de mens voordat je iets zinnigs over God kunt zeggen? Daarbij komt al snel het woord openbaring naar voren, in de theologie altijd een centraal begrip. De strijd gaat daarbij dikwijls tussen openbaring en ervaring en hoe die met elkaar in overeenstemming te brengen. 
Drewermann zegt ironisch: laten we het eens hebben over die openbaring: God heeft de wereld geschapen en alles wat er is. Hij rustte toen misschien vier en een half miljard jaar en sprak toen zo rond 1800 v.Chr. Abraham aan. Al die tijd liet hij niets van zich horen. De homo sapiens kwam ca. 40.000 jaar v. Chr. talig op het toneel. 
Drewermann heeft zich ingespannen om die hele weg die de mens gegaan is te beschrijven. 

Ideeën over God als intelligente ontwerper, die suggereren dat er een schepper is die het hele proces van evolutie van de ‘big bang’ tot onze tijd begeleid heeft, daar is Drewermann heel duidelijk over: die moeten we laten varen. Je kunt niet tweeslachtig met deze werkelijkheden omgaan, zoals nog steeds veel vrome wetenschappers beweren. Je kunt natuurwetenschappen niet met theologie verbinden, Die moet je uit elkaar houden. 

Keerpunten - wat heeft het Christendom werkelijk te zeggen?

Het eerste hoofdstuk van Keerpunten gaat over alle vragen die bovenkomen als je God verantwoordelijk houdt voor hoe deze schepping tot stand is gekomen. Ook in zijn boeken Und es geschah so en Der sechste Tag tekent hij het uit. Hoe alles wat er is, de natuur inclusief de mens, ontstaan is door krachten die veel verwoesting en vernietiging teweeg hebben gebracht. Hoe kun je God verantwoordelijk houden voor het scheppen van de mens en het niet hebben over de proefballonnen die hij heeft opgelaten, hoe hij de Neanderthaler, een heel mensenras, heeft laten uitsterven. En wij zijn dan de kroon van de schepping? 
Dat zijn prangende vragen, die wat mij betreft tot het hoofdthema behoren. Ze verdienen het om ook door ons, de studiekring, aan de orde te worden gesteld. Dit begint bij de antropologie en dan het evolutieproces, vervolgens de biologie en de natuurwetenschappen en komt uit bij de hersenwetenschap, de neurologie. Daar hebben we Drewermann bij ons over horen spreken. In Atem des Lebens schrijft hij erover, een zeer moeilijk boek. 

Deze pogingen van Drewermann om theologie in gesprek te brengen met moderne wetenschap zijn nog altijd actueel en als thema onopgeefbaar. God en natuur gaan niet samen. Als je gelooft dat je God kunt tegenkomen in de natuur, zoals de Nederlandse Geloofsbelijdenis nog steeds stelt, dan loop je spaak. Als je naar de natuur kijkt zie je dat God niet tegelijk almachtig, alwetend en algoed kan zijn. Lees Keerpunten maar. Onbegrijpelijk dat je nooit zijn naam tegenkomt in de gesprekken over geloof en wetenschap en de spanning daartussen. 
Drewermann’s gedachten over theologie en natuurwetenschap verdienen het om verspreid te worden. Vooral ook voor de jongere generatie. Wat moeten jongeren ermee, als die op het ene moment de les natuurkunde volgen en daarna overstappen naar de les godsdienst en dan merken dat het twee totaal verschillende werelden zijn? Hoe verwarrend is dat voor hen. Hoe krijg je deze bij elkaar? Drewermann zegt daar wezenlijke dingen over.

Bijbeluitleg
Geloof en wetenschap
3. God en moraal
Geld
Oorlog en vrede
Waslijst
5 grote en onopgeefbare thema’s
in het werk van Drewermann

God en moraal

Het derde thema dat ik noemen wil is God en moraal. Hij publiceerde daar in het verleden al over (Psychoanalyse und Moraltheologie) en is er deze jaren onder de noemer Strafrecht en Christendom weer volop mee bezig. Het inzicht van Drewermann is dat vanuit de goedheid van God bezien het verschil tussen de braven onder ons en de deugnieten eigenlijk relatief klein is. En dat het besef dat ieder mens leeft van genade ons de ogen moet openen voor het leed of het onheil dat een ander treft en wat dat met het gedrag van mensen doet. 
Het kwade dat mensen doen is van begin af aan voor Drewermann een belangrijk thema geweest. Zijn eerste boek, zijn dissertatie Structuren des Bösen, is een uitgebreid onderzoek naar de vraag: waarom doen de mensen het kwade dat ze doen? Zijn antwoord: het is niet omdat de mens uit hoogmoed in opstand komt tegen de Schepper. Er zit een diepere laag in de mens, de angst om tekort te komen, om niet gezien te worden. Allerlei vormen van angst, waar een uiterst complexe werkelijkheid achter schuilgaat, die Drewermann in verhaal na verhaal uitgewerkt heeft. Ieder genezingsverhaal in de bijbel is een variant op hoe een mens vanuit de angst naar een leefbaar leven kan komen. En omdat mensen zo verschillend zijn, zijn er ook talloze vormen van angst. Daarom: oordeel mensen niet! Kijk eerst wie ze zijn, wat ze hebben meegemaakt, wat er is misgegaan. 

Dat is een lastig thema, want wanneer je Drewermann serieus neemt in zijn consequente doordenking van wat mensen allemaal kunnen doen als angst de raadgever is, dan kom je uit bij mensen die misdaden plegen. Kun je wel genadig zijn voor misdadigers? Daar krijgt hij veel vragen over in de trant van: heel mooi dat u zoveel ruimte biedt, mooi die menslievendheid die u uitstraalt, maar er zijn toch gewoon gemene mensen? Dan zal Drewermann altijd antwoorden: Natuurlijk moeten we ervoor zorgen dat er bescherming geboden wordt. Maar dat neemt niet weg dat de vraag ‘wie zijn wij om te oordelen?’ nooit van tafel kan. 
In deze samenleving zijn veel dingen die mensen in de war brengen. Op één van onze studiedagen vroeg iemand: stel nou dat je niet moet kiezen tussen goed en kwaad maar tussen twee kwaden? Dan zit je in een heel ander dilemma. Het ligt allemaal niet zo eenvoudig. Het goede en het kwade. Wat is goed en wat is strafbaar?

Richtet nicht! - Strafrecht & Christentum 3 - Eugen Drewermann


Drewermann werkt aan een trilogie Richtet nicht! naar een woord van Jezus waarin hij mensen oproept om niet te oordelen. Hij schrijft daarin over de betekenis van genade, barmhartigheid, mededogen, empathie en medelijden van de vroege mensheid tot de dag van vandaag. En wat wij ons allemaal wel niet verbeelden, dat we over een ander kunnen oordelen. Dat geldt voor individuele mensen onderling, maar natuurlijk ook voor groepen onderling. Iemand schreef ons bij voorbeeld: misschien moeten jullie je als studiekring een keer uitspreken over de vluchtelingenproblematiek. 
Ja, dat heeft allemaal te maken met ‘Oordeelt niet’. Sta je meer in je recht als je een bepaalde nationaliteit bezit? En, ook actueel, wat geeft je het recht om mensen die zich niet laten vaccineren weg te zetten als ‘wappies’? Van welke vooronderstellingen gaan we uit om onszelf meer, beter en bevoorrechter te voelen dan een ander? Ook dit is een belangrijk thema bij Drewermann, waar we als studiekring onze handen nog vol aan hebben.

Bijbeluitleg
Geloof en wetenschap
God en moraal
4. Geld
Oorlog en vrede
Waslijst
5 grote en onopgeefbare thema’s
in het werk van Drewermann

Geld

Finanz-Kapitalismus- Kapital&Christentum 2

Drewermann heeft zich ook veel beziggehouden met geld en de corrumperende werking daarvan. Wat doen mensen met geld en wat doet geld met mensen? In wat voor een economie leven wij eigenlijk? Wie trekt hier aan de touwtjes? Hoe worden mensen schatrijk door niets te doen? Je hoeft alleen maar geld te hebben om meer geld te maken. Hij schrijft erover in Christentum und Kapital, een onderzoek naar de ratrace waar we in terecht zijn gekomen, een samenleving die bepaald wordt door de drang naar meer en meer en sneller en sneller. Hoe ziek is onze manier van samenleven? Ook daar geeft Drewermann belangwekkende antwoorden, begaanbare wegen naar hervorming van de economie. Bij voorbeeld over de kwesties rond geld, kapitaal, aandelen en rente. 
Wist u trouwens dat predikanten niet mogen beleggen. Ik weet niet eens waar ik dat gelezen heb, volgens mij staat het ergens in onze arbeidsvoorwaarden. Een uitstekende regel, want we zijn vrijgesteld van financiële zorgen om er voor mensen te kunnen zijn.
Het feit dat aandeelhouders meer te zeggen hebben dan werknemers, dat het blijkbaar belangrijker is om winst te maken dan een goed product af te leveren, is natuurlijk waanzin, volgens Drewermann.

Ik was ooit lid van een werkgroep Theologie en Economie. Sommigen van jullie zegt de naam Arend van Leeuwen misschien nog iets, De nacht van het Kapitaal. Dat was in die tijd, zo’n dertig jaar geleden, een hot item, het nastreven van een rechtvaardige samenleving. Een antikapitalistisch geluid vanuit de kerken. Waar is dat gebleven, waar zijn de demonstraties tegen het onrecht in de samenleving door een verkeerd gebruik van geld? Ook hierover valt van Drewermann nog heel veel te leren.

Oorlog en vrede

Bijbeluitleg
Geloof en wetenschap
God en moraal
Geld
5. Oorlog en vrede
6. Waslijst
5 grote en onopgeefbare thema’s
in het werk van Drewermann
Von Krieg zu Frieden - Kapital&Christentum 3

Ik heb eens in een preek in Winschoten gezegd: ik begrijp niet dat twee uurtjes vliegen met een F16 net zoveel moet kosten als het jaarsalaris van iemand die werkt in de zorg. Dat had ik niet mogen zeggen volgens een hoorder, dat waren appels en peren. Toch geloof ik dat niet, of hoogstens ten dele. Hoe kan het, dat wij de uitgaven voor ongelofelijk veel wapens allemaal zo klakkeloos beamen, dat defensie blijkbaar nodig is en dat de NAVO weer opgetuigd moet worden?
Drewermann constateert: het lukt ons maar niet om samen een wereld te scheppen op basis van vertrouwen als alternatief voor deze wereld die denkt dat je met steeds geavanceerdere wapens een machtsevenwicht kunt bereiken.
Dat blijkt direct wanneer je over het alternatief begint, dan word je als naïef versleten, als iemand die er dus geen verstand van heeft. Je moet je mond houden, want een echt gesprek daarover kan niet. Dan denk ik: laten we vooral naar het tegengeluid van Drewermann luisteren. En met hem b.v. in Nederland naar De Correspondent. In Duitsland heb je de website Hinter den Slagzeilen met o.a. Konstantin Wecker, een vriend van Drewermann. Dan hoor je heel andere geluiden dan de gangbare verslaglegging. 

Waslijst

Met Drewermann bezig zijn heeft ook iets rebels. We zullen er nooit rustig bij worden. Als je deze man uit Paderborn serieus neemt, word je gedwongen te blijven denken. 

Samenvattend, wat mij betreft, als het over de toekomst van onze studiekring gaat: 

  • gaan we nog meer tijd steken in het doorgeven van een dichterlijke uitleg van de bijbel
  • gaan we nog meer tijd steken in het gesprek tussen geloof en wetenschap
  • gaan we ons verdiepen in wie de mens is en waar de mens vandaan komt en, in relatie daarmee, iets zinnigs over God zeggen
  • gaan we verder nadenken over wat geld doet met mensen
  • gaan we uitzoeken hoe in deze wereld het gesprek mogelijk is teneinde oorlog en de uitgaven voor defensie minder vanzelfsprekend te maken. 

Dat is een hele waslijst, maar dit zijn de dingen die mij bezighouden en die ik vanmiddag graag met jullie wilde delen.

Bert van der Woude